Ondersteunende zorg is erop gericht de ziekte gerelateerde verschijnselen en behandeling gerelateerde bijwerkingen te verzachten of te behandelen. In het kader van hoefbevangenheid hebben we het dan vooral over paarden die dermate ernstig hoefbevangen zijn, dat ze niet lang kunnen staan of zelfs helemaal niet meer overeind komen. Realiseer je dat dit valt onder ‘intensive care’. Vraag je dierenarts of je paard niet beter af is in een veterinaire kliniek. We zullen hier kijken naar de maatregelen die je kunt nemen als je je paard zelf verzorgt.
Doorliggen
Bij paarden die langdurig liggen kunnen ademhalings- en bloedsomloopproblemen en pijnlijke doorligwonden (decubitus) ontstaan. Doorligwonden zien we aan de gewrichten (heup, schouder, sprong, knie, kogel) en aan het hoofd. Elke 2 tot 3 uur zal je het paard moeten helpen van positie te veranderen. Probeer het paard zo veel mogelijk in borstligging te houden. Gebruik ter bescherming eventueel een elastische spandex paardendeken die vastgezet wordt met klittenband. Metalen of harde plastic sluitingen kunnen het paard verwonden. Dit geldt ook voor de randen en sluitingen van hoefschoenen.
Hygiëne
Breng een dikke laag bodembedekking aan. Bij voorkeur ligt het paard op 30 centimeter stro of zaagsel met een toplaag van veenmos. Houd de plek waar het paard ligt goed schoon. Haal vuile bodembedekking, urine en mest direct weg na het ontlasten. Reinig het geslachtsorgaan en omliggende huid met lauw water en groene zeep na het urineren. Schud de bodembedekking een paar keer per dag op. Ontstaan er, ondanks deze voorzorgsmaatregelen, toch drukplekken, maak deze dan schoon en smeer ze in met een vette, niet geparfumeerde, huidzalf.
Heeft je paard gedurende lange tijd hoefschoenen aan, gebruik dan hoefsokken, bandages of tape om de kroonrand, kootholte en hoefballen te beschermen. Je voorkomt er mee dat het gaat broeien in de hoefschoen.
Hang een anti-insectenlamp op om te voorkomen dat je paard door vliegen wordt belaagd. Doe hem eventueel een vliegenmasker op. Houd zijn ogen goed schoon. Door het lange liggen kunnen er stofdeeltjes of zaagsel in zijn ogen komen.
Zorg dat de omgevingstemperatuur laag is. Een liggend paard kan zijn hitte moeilijk kwijt raken, zeker als hij koorts heeft. Als het paard minder zweet, is het risico op het ontstaan van doorligwonden kleiner. Frisse lucht is ook belangrijk. Stofdeeltjes kunnen de ademhaling bemoeilijken. Ventileer dus goed.
Veiligheid
Een paard dat niet of nauwelijks overeind kan komen, kan zich makkelijk verwonden. Vaak probeert het van positie te veranderen door met enkel de voor- of achterbenen te ‘klauwen’. Hierdoor kan hij vast komen te liggen. Lukt het hem om overeind te komen, dan kan hij vallen doordat het evenwichtsgevoel verstoord is geraakt, de spieren stram zijn geworden na het lange liggen en doordat de voeten te pijnlijk zijn. Denk ook aan je eigen veiligheid en die van de dierenarts en hoefverzorger. Een omvallend paard komt hard aan. Zorg dat de plek waar je paard ligt ruim is en ontdaan van voorwerpen waar hij zich aan kan verwonden. Betonnen of bakstenen wanden bedek je met hout, isolatieplaten en/of zeil.
Controleer regelmatig of je paard nog veilig en comfortabel is. Installeer eventueel een observatiecamera. Sommige paarden reageren anders in de aanwezigheid van mensen dan wanneer ze zich onbespied wanen. In dit laatste geval laten ze mogelijk andere en/of meer pijnreacties zien. Bij een dreigende kroonrandseparatie of kroonlederhuidprolaps gaan sommige paarden knabbelen aan de hoef. Ook de eerste tekenen van koliek door het lange liggen wil je graag bijtijds zien.
Voeding
Geef je paard hooi of geweekte bietenpulp, een liksteen en drinkwater. Bij een paard dat niet overeind komt, blijf je zitten totdat hij gedronken heeft, waarna je de emmer weghaalt. Wil hij niet drinken in jouw aanwezigheid, trek je dan terug en kom even later terug om de emmer weg te halen. Je wilt niet dat hij zich bezeert aan een lege emmer. Dit doe je minstens elke twee uur.
Fysiek en mentaal welzijn
Houd goed in de gaten of er veranderingen optreden in de fysiologische kenmerken (sterke polsslag, spiertrillingen, zweten, uitdrogingsverschijnselen, verwijde pupillen, overmatige doorbloeding van het oogslijmvlies, verwijde neusgaten, platliggende oren, toename van de ademhalingsfrequentie, verhoging van de lichaamstemperatuur) en/of het gedrag van je paard (prikkelbaar, angstig, teruggetrokken, vermoeid, zuchten en/of kreunen). De mate van pijnbeleving van je paard kun je inschatten met behulp van de ‘paard grimas-schaal’. Geef opvallende veranderingen direct door aan je dierenarts. Met name veranderingen in de polsslag en ademhalingsfrequentie zijn belangrijk.
Breng tijd door met je zieke paard. Een prooidier dat niet meer uit de voeten kan voelt zich extra kwetsbaar. Breng tijd bij hem door en spreek hem bemoedigend toe. Sociale interactie –ook met de eigenaar/verzorger– is voor een paard van groot belang. Het maakt dat hij zich beter voelt. Wie zich beter voelt, geneest beter. Zelfs als dit niet waar zou zijn, dan zullen je eigen motivatie en doorzettingsvermogen in de strijd tegen de hoefbevangenheid erdoor toenemen.