Vijf milligram Prascend (of meer!) voor een paard met PPID, dat is toch niet normaal?

Categorieën: 4. Behandeling: wat te doen bij hoefbevangenheid?, 8. PPID: de ziekte die we vroeger 'Cushing' noemden

De aanbevolen dosering pergolide (de werkzame stof) is eenmaal daags 0,002 mg (2 µg)/kilo lichaamsgewicht. Voor een paard van 500 kilo is dat een tablet van één milligram. Bij vijf milligram krijgt het paard dus vijf pillen (letterlijk) voor zijn kiezen. Dat is al heel veel, maar wat nu als het paard nog steeds niet voldoende reageert op de medicatie?

Individuele variatie

Er zijn dierenartsen die in dit soort uitzonderlijke situaties niet uitgaan van de dosering, maar meer vanuit de situatie van het paard zelf. Zij zeggen dat de juiste dosering die is waarmee de ACTH-waarden weer normaliseren, zelfs als dit meer is dan de door de fabrikant aangegeven maximale dosis.

Tenslotte vertonen paarden, net als andere dieren, aanzienlijke fysiologische variatie. Een dosering die voor het ene paard goed werkt, hoeft niet noodzakelijk voor het andere paard net zo effectief te zijn. De fabrikant stelt de maximale dosis vast op basis van gemiddelde gevallen. Hoewel het dus echt uitzonderlijk is, kunnen er paarden zijn die deze extreem hoge dosering nodig hebben.

Monitoring

Als de bijwerkingen en de effectiviteit van de behandeling goed in de gaten worden gehouden (monitoring) en de dosering ook naar beneden bijgesteld wordt zodra dat mogelijk is, is het niet op voorhand slecht om hoog te doseren. Er is namelijk geen harde grens waarbij pergolide altijd effect zál hebben. Overigens staat in de bijsluiter van Prascend dat die monitoring al aanbevolen is voordat de grens van 5 pillen bereikt wordt. Verder zijn er geen aanwijzingen voor schadelijke effecten op weefsels (m.n. zenuwen en hypofyse) bij langdurige toepassing van hoge doses. Er is ook geen klinische ervaring met andere of ernstigere bijwerkingen bij zulke hoge doses.

Niet experimenteren met dosering

Misschien onnodig om te zeggen, maar ga niet zelf lopen rommelen met de dosering. Overleg aanpassing van de dosering altijd met je dierenarts. Samen hebben jullie meer kennis en inzicht dan ieder afzonderlijk. Jij kent je paard en ziet dagelijks de effecten van de behandeling. Je dierenarts heeft niet alleen de klinische ervaring om jouw paard te vergelijken met andere gevallen, maar ook de specialistische kennis van medicatie en hoe deze veilig en effectief kan worden ingezet.

Echt alles weten over PPID?

Wil je nog veel meer toegankelijke, wetenschappelijk onderbouwde kennis, inzichten en adviezen over PPID in het algemeen en over behandelopties in het bijzonder? Lees dan ‘Het PPID-boek’.

Share
Share

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.